Geef Zin

Wat mooi, wat hemels. Twee smachtende, intens verlangende mensen kijken in het felle licht dat afstraalt van wat zij zich zo graag eigen zouden maken. Dan de schrik, de afkeer. Dan het proberen vast te houden. Ze hebben er toch niet voor niets zo lang naar verlangd? Misschien is het een acquired taste. Ze klemmen het tegen hun borst, maar het is weg. Het licht uit. Het thema van deze tweekoppige, fugatische voorstelling heeft geklonken.

Het thema klinkt door in elke nieuwe scène, sketch is misschien een beter woord. Twee vrouwen leggen in bezwerende formules de werkelijkheid hun wil op: geluk is mijn geboorterecht – boem – alles wat mij toekomt is al onderweg – boem – ik vertrouw op het universum – boem. Twee vrouwen die in een standaard popliedje (standaard in de zin dat het gebaseerd is op een schema waar veel succesvolle popliedjes op gebouwd zijn) de ene na de andere trend in zelfontwikkeling benoemen. Eén vrouw die al zo’n dertig jaar rondloopt, er nog steeds niets van snapt, en die voor het eerst dan maar eens een gesprek met iemand daarboven begint. Ontnuchterend eerlijk, met een onvervalst plat Groningse tongval.

Waar de openingsscène het thema zonder woorden verbeeldt, verwoorden veel andere scènes het bijna letterlijk. Dat werkt goed in de zin dat het herkend wordt, en er zit een sterke afwisseling tussen fysieke scènes en kleinere gevoelens. Toch blijft de toeschouwer daardoor iets te veel toeschouwer. De herkenning is er, maar het zet niet direct aan tot reflectie. De verschillende personages en hun manieren van zin geven worden sterk uitvergroot, waardoor de afstand tot het publiek groot blijft en de momenten van desillusie te kort zijn om echt door te dringen.

Toch is er een scène waarin geen woord gesproken wordt. Waarin live gezongen en gelooped wordt door de een, en waarin Anna-Marije het thema uitbeeldt. Het was een scène waarin alles samenkwam. Misschien werd ik te veel afgeleid door de gedachte dat deze scène het waard zou zijn om op film te zetten – zo mooi. Een camera die om Anna-Marije heen draait, terwijl de muziek (die best een beetje meer galm mag hebben zonder dat het gelijk goedkoop effectbejag wordt) zich langzaam opbouwt.

Dan de titel, Geef Zin. De titel klinkt als een opdracht, een bevel misschien zelfs. Maar wie geeft dat? Alle personages in het stuk lijken ervan doordrongen dat er dingen zijn die van grote betekenis zijn. Wie spoort ze daartoe aan? Wat het stuk bijzonder maakt, is dat het deze zoektocht niet cynisch benadert. Waar absurdistische stukken als Wachten op Godot of De stoelen de vergeefsheid van menselijke zingeving benadrukken, laat Geef Zin juist zien dat mensen er wél oprecht in geloven, ook al hebben ze hun momenten van twijfel. De personages lijken soms een performance van zingeving op te voeren, maar zonder ironie: ze moeten bijna wel geloven in wat ze doen. En is dat uiteindelijk niet wat iedereen doet?

Dat besef blijft hangen na afloop. Niet als een knoop in de maag, niet als een klap in het gezicht – eerder als een echo van de mantra’s die zojuist klonken. Misschien is dát de grootste kracht van Geef Zin: dat het niet alleen de vraag stelt wat zin geeft, maar laat voelen hoe wij zin blijven geven.

Tot slot, gezien de leeftijd van de spelers (Millennials, niet generatie Z) is het interessant om te vragen of zij herkennen wat Menno de Bree schreef in het Financieel Dagblad, namelijk dat zij “de eerste generatie [zijn] die de dood van God begint te internaliseren.” Over dit essay is ook een podcast gemaakt door de EO.

Voorstelling: Geef Zin
Gezelschap: Aap in een Aquarium
Spel en regie: Els Vegter, Anna-Marije de Boer van Loon
Waar: Podium Verwondering
Wanneer gezien: Vrijdag 28 februari 2025

Plaats een reactie