een komedie over eeuwige wederkeer
Phil Connors (Bill Murray), een cynische en zelfingenomen weerman van een lokaal televisiestation, krijgt de zoveelste opdracht waar hij zich te goed voor voelt: verslag doen van Groundhog Day, een folkloristisch niemendalletje in het slaperige stadje Punxsutawney, Pennsylvania. Op deze dag voorspelt een marmot genaamd Punxsutawney Phil of de winter nog zes weken zal aanhouden. Voor Phil is het een ritueel zonder waarde, iets dat hij uit walging en minachting ondergaat. Zijn dromen reiken veel verder: nationale bekendheid, zinvollere reportages, een dik salaris, erkenning.
Maar het lot beslist anders. Phil komt vast te zitten in een tijdlus: elke ochtend wordt hij wakker op exact hetzelfde moment, met dezelfde radio-dj’s die “I Got You Babe” van Sonny & Cher draaien, op dezelfde dag: 2 februari. Groundhog Day. Weer en weer. De werkelijkheid verstart in een patroon dat zich eindeloos herhaalt.
Wat volgt is een fascinerende filmische verkenning van de eeuwige wederkeer, een thema dat Nietzsche introduceerde als ultieme test of je het leven wel of niet kunt omarmen. Wat als je je leven, exact zoals het is, oneindig zou moeten herhalen? Zou je dat verdragen? Zou je er vrede mee hebben? Of zou het een hel zijn?
Voor Phil is het aanvankelijk ondraaglijk. Hij probeert het patroon te doorbreken. Eerst met ongeloof en paniek, dan met misbruik: hij gebruikt zijn voorkennis om mensen te manipuleren, vrouwen te verleiden, geld te stelen. Hij leeft als een god zonder consequenties. Maar ook dat verveelt. Alles verliest betekenis als er geen toekomst is waarin iets beklijft. Zijn egoïstische verlangens verzadigen, maar leveren geen bevrediging op. Wanneer hij inziet dat er werkelijk geen ontsnapping mogelijk is, zakt hij weg in wanhoop en pleegt hij talloze malen zelfmoord – zonder succes. Elke dood leidt slechts tot ontwaken. Weer Groundhog Day.
De hel van betekenisloosheid
Phil belandt in wat je een existentiële crisis zou kunnen noemen. Als alles steeds opnieuw gebeurt, als er geen richting is, geen vooruitgang, geen dood zelfs, dan lijkt niets nog waarde te hebben. De tijd verliest zijn lineaire karakter en daarmee ook zijn narratieve kracht: geen ontwikkeling, geen climax, geen resolutie. Alleen een vlakke herhaling. Dit is het ware nihilisme: geen doel, geen verlossing, geen groei; tenzij je zelf het patroon verandert.
En precies dat is wat Phil langzaam leert. Niet dat hij de tijd zelf kan veranderen, maar wel hoe hij erin verschijnt. Hij begint piano te leren, helpt dorpsbewoners, redt mensen van ongelukken, ontwikkelt oprechte interesse in anderen – waaronder zijn producer Rita (Andie MacDowell), op wie hij langzaam maar zeker verliefd wordt. Wat begint als een manipulatieve poging haar hart te winnen, transformeert tot iets echts. Niet omdat het hem iets oplevert, maar omdat hij geleerd heeft aandacht te hebben voor het moment zelf. Voor de ander.
Van ego naar ethiek
Het is deze wending die Groundhog Day boven de meeste Hollywoodkomedies uittilt: de film laat zien dat betekenisloosheid niet hoeft te leiden tot moreel verval. Integendeel: juist in de afwezigheid van externe zin, ontdekt Phil een innerlijke oriëntatie. Hij handelt goed niet omdat het moet of omdat hij er iets voor terugkrijgt, maar omdat het een manier is om met zijn absurde situatie om te gaan. In plaats van betekenis te zoeken buiten zichzelf (in roem, geld, erkenning) creëert hij betekenis in zijn handelingen, zijn aandacht, zijn zorg.
Zijn verlossing komt niet doordat hij ‘de ware’ vindt of een bepaald niveau bereikt, maar omdat hij verandert. Zijn transformatie is existentieel. Op het moment dat hij oprecht en belangeloos is gaan leven, lijkt de tijd hem te vergeven. De lus breekt. Op 3 februari wordt hij wakker naast Rita. De wereld is verder gegaan. De film eindigt met de impliciete suggestie dat het leven zin kan krijgen door hoe we het leven, zelfs als het in wezen absurd is.
Een troostrijk nihilisme?
Hoewel de film begint als een satire op menselijke zelfgenoegzaamheid, wordt Groundhog Day uiteindelijk een reflectie op de mogelijkheid van ethiek in een zinloze wereld. Dat maakt het niet per se een pleidooi voor “fijn nihilisme”, zoals Alex Rosenberg in zijn boek (zie bespreking elders op deze site) suggereert. Want waar Rosenberg zijn toevlucht zoekt in antidepressiva en fysica, biedt Groundhog Day een andere vorm van troost: een ethiek zonder fundament, maar niet zonder effect.
Phil vindt geen hogere waarheid, geen goddelijke genade, geen absolute zin. Wat hij vindt is de ander. De ander als spiegel, als grens, als doel. Daarmee sluit de film aan bij een meer existentieel-humanistische traditie, waarin vrijheid en verantwoordelijkheid samenvallen.
Misschien is het leven inderdaad zinloos, zoals de titel van deze website beargumenteert. Maar Groundhog Day laat zien dat zelfs dan, of juist dan, liefde, aandacht en zelfoverstijging mogelijk blijven. En dat is, hoe je het ook wendt of keert, een gedachte die blijft hangen.